“Hoe mooi zou het zijn. Als je als inwoner in Eindhoven weet dat de boodschappen uit de supermarkt vanuit de eigen regio zijn ingekocht. Dat naast een supermarkt om de hoek, ook een bakker en fietsenmaker net zo bereikbaar zijn. Je in het centrum je kleding, speelgoed en media kunt kopen, die allen een tweede leven hebben. Bij Ekkersrijt je opgeknapte tweedehands meubels kan halen bij de Kringloopboulevard. Om in de kleine centra te genieten van de culturele bedrijvigheid.”
Dit toekomstbeeld schetste Sep. Op de politieke agenda stond de regionale detailhandels visie, oftewel de bedrijven die fysieke goederen aan de consument leveren. In de visie kwam duurzaamheid en circulariteit niet aan bod.
Eva; “Een economie van de toekomst is een economie waar niet economische groei centraal staat, maar brede welvaart voor mens en milieu. Met een sterke lokale economie, die sociaal en duurzaam is. Waar sociale ondernemers gaan voor maatschappelijke winst, waar lokale ondernemers bijdragen aan de welvaart van de wijk, en waar we door samen te delen en repareren niet alleen duurzaam bezig zijn maar ook werken aan sociale verbondenheid.”
Sep vult aan: “Als deze regio een duurzame economie van de toekomst wil worden, hebben we op alle terreinen een transitie nodig. Duurzaamheid en circulariteit zijn niet alleen nodig zijn om de klimaatdoelen te halen, het draagt ook bij aan de wensen van de consument. Hierdoor wordt de detailhandelssector economisch dus toekomstbestendiger.”
Daarom dienden Eva en Sep een motie in zodat in ons lokale detailhandelsbeleid en in een eventueel toekomstige herziening van de regionale visie duurzaamheid en circulariteit expliciet worden meegenomen. Niet alleen als doel en uitgangspunt, maar ook met concrete maatregelen. Deze motie werd door een meerderheid van raad gesteund en door de wethouder aangenomen. Want duurzaamheid is geen detail!